CAO voldoende onderbouwing vaste kostenvergoeding

Aan werknemers die vaak dezelfde soort kosten maken, kan de werkgever een vaste kostenvergoeding geven. Een vaste kostenvergoeding moet vooraf zijn gespecificeerd naar:

  • aard van de kosten;
  • veronderstelde omvang van de kosten.

Om te bepalen of deze vergoeding belasting- en premievrij mag worden verstrekt, vraagt de Belastingdienst bij een controle vaak om steekproefsgewijs te onderzoeken welke uitgaven de werknemers gedurende bepaalde tijd hebben gedaan. Een dergelijk onderzoek zal van tijd tot tijd moeten worden herhaald, wil het als betrouwbare basis kunnen dienen voor de hoogte van een vaste vrijgestelde kostenvergoeding. Op www.belastingdienst.nl staat ook te lezen, dat voor een vaste vergoeding die op basis van een CAO wordt betaald, deze procedure ook geldt. Zo’n vergoeding is niet zonder meer vrijgesteld, volgens de informatie van de Belastingdienst. Daar lijkt toch een nuancering op gemaakt te kunnen worden.

 

 

In een procedure die aanleiding gaf tot het arrest van de Hoge Raad van 7 maart 2008, nr. 41.623, heeft een werkgever aangevoerd dat een deel van de vaste kostenvergoeding kan worden aangemerkt als koffiegeld. De vaste kostenvergoeding was gebaseerd op de CAO, maar uit de CAO bleek niet, dat de vergoeding ook betrekking had op koffiegeld. De Hoge Raad overweegt, dat koffiegeld niet was opgenomen in de specificatie van de CAO-vergoeding, welke vergoeding – nu overigens een specificatie ontbrak – kan gelden als specificatie van de vaste kostenvergoeding. Ook overweegt de Hoge Raad dat niet aan eenmaal verstrekte vaste kostenvergoedingen achteraf andere kosten ten grondslag mogen worden gelegd dan die welke vooraf of uiterlijk bij de betaling ervan naar aard en veronderstelde omvang zijn gespecificeerd.

Conclusie
Hoewel de werkgever in het onderhavige geval een naheffingsaanslag ontving, lijkt de Hoge Raad toch aan te geven, dat de vaste kostenvergoeding volgens de CAO een voldoende onderbouwing is voor de verstrekking van een onbelaste vaste kostenvergoeding.

Bron: Hoge Raad, 7 maart 2008, nr. 41.623

© College Belastingadviseurs  

Geplaatst op: donderdag 20 maart 2008 om 15:01 uur
terug